Home
Home

Zoek een persoon
Personen

Zoek een schip
Schepen

Overzichten

Contact

Bronnen

Maten

Retour
Het schip
Sirene (1856)
Trijntje Geziena (1866)
Albion (1874)
 
Meer informatie over dit schip
Livorno 29 februarij.
Kapit. F. G. Schippers, voerende het Nederl. schoener-galjootschip Sirene van Veendam, heden alhier van Liverpool aangekomen, verklaart, dat hij gedurende zijne reis met zware stormen heeft moeten kampen, waardoor hij verschansing, voorsteng, kluiverboom en een groot gedeelte der zeilen heeft verloren.
Op 23 febr. zich met gemelden bodem op 39° 43' Nb. en 7° 21' Ol. nabij Sardunen [Sardinië?] bevindende, zag hij des morgens, p. m. ten 7 ure, een masteloos schip, te loef voor hem, hebbende aan een stuk van den bezaansmast een noodsein; onmiddellijk wendde hij zijn bodem derwaarts. Des middags ten 12 ure was hij het zoo nabij, dat men ontdekte dat het eene Engelsche bark was, genaamd Clymene van Whitby, kapit. Robert Garbutt. De equipage gaf door seinen te kennen, dat zij geene middelen tot redding meer bezat, hebbende zij nog slechts eene kleine sloep zonder riemen. Daar de zee zeer hoog liep, zette kapit. Schippers, hoewel met groot gevaar, zijne boot uit en gelukte het hem de geheele bemanning, bestaande uit 14 personen, te redden. Kapit. Garbutt verklaarde, dat de bark op 21 febr. eene zware stortzee had overgekregen, welke haar op zijde wierp; niet weder willende rijzen, hadden zij besloten de masten te kappen en hierdoor was de bark wederom een weinig gerezen. De 2de stuurman werd ongelukkiglijk bij het kappen over boord geslagen. De bark was echter zoo lek, dat, hoewel er aanhoudend werd gepompt, het water steeds toenam, zoodat men het schip nog slechts weinig tijd vlot had kunnen houden. Na de redding was nu het grootste gevaar, dat men aan boord der Sirene, door de lange reis, slechts weinig water meer had en vreesde men daaraan gebrek te krijgen, zijnde er geene gelegenheid spoedig eene haven te bereiken. Na 3 dagen, zijnde 26 febr., ontmoette de Sirene de Fransche stoomboot Villa di Bona, van Marseille naar Algiers bestemd, en aan deze gaf kapit. Schippers 8 man der geredde equipage over; hierdoor was het gevaar voor gebrek aan water geweken. De kapit. Garbutt, de 1ste stuurman, timmerman en 3 matrozen bragt kapit. Schippers alhier behouden aan wal.
Rotterdamsche Courant, 08-03-1860

New York, 20 April.
Het alhier van Cadiz gearriveerde Ned. schip Sirene, kapt. Schippers, heeft op de overtogt veel slecht weder ondervonden en daarin voorsteng, kluiverboom, verschansing en zeilen verloren.
Nieuwe Rotterdamsche courant 04-05-1864